De Hulsberg dit Schaloen Libert
Overleden 1530, begraven in Maastricht.
Heer van Herten en Meldert, poorter van Maastricht, schepen van Maastricht in 1507, 1508, 1510 en 1515, burgemeester van Maastricht in 1521,1525 en 1528, woonde 1507 – 1528 in Wijk Maastricht.
Hij ontving keizer Karel V bij zijn blijde inkomst te Maastricht.
Libert heeft geen kinderen.
Hij schenkt bij testament dd. 2 augustus 1530 de Heerlijkheid Herten aan de oudste zoon van zijn reeds overleden broer Gerard van Hulsberg.
De Heerlijkheid Meldert valt ten deel aan zijn broer Jan, stamvader van de Loonse tak die in 1727 uitsterft.
Gehuwd met Huyn van Amstenraedt Mathilde
Zij hertrouwd na 1530 met Hoen van Hoensbroek Wolter Heer van Oostham
Overleden 1556
Zij sterft kinderloos en vermaakt op 7 juli 1556 in het klooster van Sint-Gerlach aan haar schoonzuster één goudgulden aan Agnes van Cortenbach en Catharina van Passert, beiden ook in hetzelfde klooster, elk één goudgulden.
Het vruchtgebruik van haar goederen laat zij aan haar echtgenoot (Hoen van Hoensbroek), welke de goederen na zijn dood overlaat aan de kinderen van de broer (Johan) van haar eerste man Libert.
Net als haar eerste man ligt ze begraven in de Sint-Martinuskerk, Wijk te Maastricht.
Deze kerk bezit nog een kelk die door haar en haar man Libert de Hulsbergen geschonken werd.
Hierop zijn afgebeeld de schenkers: Libert knielend, gehuld in een pelsmantel, de handen gevouwen. Mathilde neergeknield naast haar man, de handen gevouwen voor een open boek. De kelk werd in 1866 nog gerestaureerd door graaf F. de Villers de Masbourg.
Twee fragmenten van een grote grafsteen aan de Sint-Martinuskerk, Wijk te Maastricht , waarvan de breedte 1.50 M. geweest is. In een vierpas zijn twee wapenschilden (renaissance) onder een helm uitgehouwen; onder de schilden een wapperende spreukband, waar niets op is te onderscheiden. Het ene schild is beladen met drie koeken, geplaatst volgens een schuinbalk; het ander met een slangenkruis en een hartschild. Het helmteken is een zwanenhals met drie koeken naast elkaar op den kop en de hals. Van het randschrift is nauwelijks iets te onderscheiden.